‘Wedstrijdzwemmen is veel baantjes trekken. Je moet creatief zijn om dat leuk te houden voor kinderen.’
László en Anouque, wat is jullie band met wedstrijdzwemmen en waterpolo?
László: “In Hongarije, waar ik vandaan kom, is waterpolo net zo groot als voetbal hier. In Nederland speelde ik voor AZC in Alphen aan den Rijn in de Eredivisie en Champions League. Ik werd coach, omdat ik een nieuwe generatie wilde helpen ontdekken hoe leuk waterpolo is.”
Anouque: “Ik ben als kind in de VS begonnen met wedstrijdzwemmen. Ik zwom in Nederland voor Blue Marlins. Ik ben Nederlands Kampioen op de vlinderslag en lange afstand geworden en deed twee keer meer aan de FINA Worldcup. Toen ik ging studeren wilde ik dat niet met topsport combineren. Toen ging ik zwemtraining geven bij clubs als PSV, Z&PC en in Dubai bij Hamilton Aquatics.”
Moet je die professionele connectie hebben met de sport om Sportpromotor te zijn?
László: “Dat hoeft niet. Kijk, het helpt wel. Maar je enthousiasme voor de zwemsporten is het allerbelangrijkste, daarmee weet je de kinderen te raken.”
Want kinderen enthousiasmeren en laten aansluiten bij een zwem- of waterpolovereniging is jullie werk. Waarom is dat zo belangrijk?
László: “Zwemmen is ontzettend leuk, maar niet zo zichtbaar als bijvoorbeeld voetbal. We willen laten zien wat je met zwemmen bij een vereniging allemaal kan. Daarnaast is zwemveiligheid gewoon heel belangrijk. Overal is water. Rotterdam is een wereldstad met veel verschillende culturen, waarin kinderen niet altijd in aanraking komen met zwemles. Via schoolzwemmen bereiken we veel kinderen en laten we zien hoe leuk onze sporten zijn.”




Hoe ziet je werkdag als Sportpromotor eruit?
László: “Het zwembad is mijn tweede thuis. Wij geven Rotterdamse kinderen tijdens schoolzwemmen les in de sporten wedstrijdzwemmen, waterpolo en survivalzwemmen. Survivalzwemmen geven we echt in samenwerking met de zwemonderwijzers, die hebben daar veel ervaring mee. Daarnaast zijn we ook zwemonderwijzer voor het Sportbedrijf, dus je moet ook ‘gewoon’ zwemles geven.”
Anouque: “We komen in zwembaden in alle delen van de stad. We nodigen de kinderen die het leuk vinden uit om een proefles te volgen bij een vereniging. Omdat wij die trainingen ook geven bij de verenigingen, zien ze ons daar ook weer terug. Dat geeft vertrouwen.”
László: “Door de afwisseling zijn geen twee werkweken hetzelfde.”
En daarnaast? Moet je als ‘promotor’ ook gevoel voor communicatie hebben?
Anouque: “Ja, maar ik ben daar echt ingegroeid. Van nature stap ik niet snel op iemand af. Maar er is ruimte om dat te ontwikkelen. Gaandeweg leer je wat kinderen en hun ouders willen weten.”
László: “Met kinderen is de communicatie informeel. Hoe dat moet, heb ik ook geleerd via ‘trial and error’. Promotiemateriaal regelen we altijd in samenwerking met onze collega’s van Marketing en Communicatie.”
Wat is uitdagend aan het werken met kinderen?
László: “Dat je op de hoogte moet blijven van hun slang, haha. Maar vooral dat je het enthousiasme hoog moet zien te houden. Je hoeft maar net iets verkeerds te zeggen en je ziet ze afdwalen. Dat leer je snel.”
Anouque: “Je moet bij hun belevingswereld aansluiten. Kinderen willen spelen. Wedstrijdzwemmen is veel banenzwemmen. Probeer dat dan maar eens leuk te houden. Dan moet je creatief zijn.”
László: “En vergeet niet dat kinderen belangrijk zijn, maar dat ouders de doorslag geven. Soms willen kinderen wel, maar ouders niet en dan moet je uitzoeken waarom. Zijn het de financiën misschien? Dan is het aan jou om te kijken wat de mogelijkheden zijn.”